Nerine bowdenii Vesta
Volledige wetenschappelijke naam:
Nerine bowdenii Vesta
- Kleur: Licht zalm roze
- Bloeiperiode: September t/m November
- Leverperiode: April
- Plantperiode: April
Beschrijving Nerine Vesta
Meer specificaties | |
---|---|
Planthoogte | 60 - 80 cm |
Bolmaat | > 12 Cm. |
Standplaats | (Half)zonnig, licht vochtige grond |
Toepassing | Borderplant, kuipplant, terrasplant, pluktuin / plukbloem, landschapstuinen en parken |
Winterhard | Lichte vorst. Bij vorst plant afdekken of bloembollen rooien en vorstvrij bewaren |
Verzorging | Na planten van de bollen goed watergeven totdat de bloembol geworteld is. Na de bloei verdorde bloemen verwijderen. |
Alle Nerine-achtigen vinden hun oorsprong in Zuid Afrika. Door soorten onderling te kruizen zijn in de afgelopen decennia vele soorten ontwikkeld voor ons gematigde klimaat. De toepassing van Nerine soorten is breed. Van tuinplant tot aan snijbloemcultuur in de grastuinbouw.
De Nerine Vesta is in het bijzonder geschikt voor toepassing in de tuin, pluktuin of op de pot. Dit samen met haar fragiele zalm-roze bloemen is de Nerine Vesta een veelzijdige en karakteristieke herfstbloeier. De volledige wetenschappelijke naam voor de Nerine Vesta is Nerine bowdenii Vesta .
Kenmerkend voor dit Nerine familielid is de groeiwijze. De plant maakt vanaf Mei lange bladeren. De Nerine Vesta behoudt dit blad tot aan de einde van het seizoen. Voordat de Nerine Vesta tot bloei komt sterft het meeste blad af. Dit is een normaal verschijnsel. Medio September verschijnt in het hart van de plant de bloemknop. Deze bloemknop zal enkele weken later tot bloei komen en bloeien tot diep in het najaar.
Een ander belangrijk kenmerk is dat de Nerine Vesta , net als veel andere Nerines, gevoelig is voor vorst. Bij een milde winter moet de plant worden afgedekt met turfstrooisel of gevallen blad. Mocht het strenger gaan vriezen, dan is het aan te bevelen om je bloembollen uit te graven en droog op een vorstvrije maar koele plek te bewaren om ze vervolgens in April weer uit te planten.
Tijdens het seizoen heeft de bloembol van de Nerine Vesta ongemerkt gezorgd voor nageslacht. Aan de voet van de oorspronkelijke bloembol bevinden zich één of enkele jonge Nerine bloembollen. Deze kun je gewoon aan de oorspronkelijke Nerine bol laten zitten en in zijn geheel in het volgende seizoen weer uitplanten. Indien deze jonge bloembollen -klisters genoemd- groter worden, dan kun je ze er voorzichtig af halen en net als de oude bloembol ergens in je tuin planten. Zo groeit je collectie Nerine bloembollen. Klisters moeten een paar jaar groeien tot een volwassen bol om een bloem te kunnen geven.
Nerines hebben tijd nodig om te 'aarden' in je tuin. Meestal heeft de plant in het eerste jaar al haar energie nodig om goed te wortelen. Daardoor kan het voorkomen dat de bloei (deels) uitblijft. Geef je Nerines daarom een zonnige warme plek, plant ze ondiep met hun nek boven de grond en geef regelmatig water. Daarmee vergroot je de kans op een rijke bloei.